menu

Hoe Christian Rosenkreutz ons roept

Hans Stolp 

Een nieuwe tijd lijkt aanstaande

Het begin van de zeventiende eeuw was net als nu een tijd vol spanningen waarin de mensen intuïtief aanvoelden: zo kan het niet langer doorgaan. De grote hervormers Luther, Zwingli en Calvijn hadden in de eeuw daarvoor hoop gebracht: de hoop dat er dankzij hun hervormingen eindelijk een beetje vrijheid zou aanbreken en dat er een einde zou komen aan het machtsmisbruik van de kerkelijke heren, aan de uitbuiting van de lagere klasse en aan het voortdurende geweld.

Maar de Reformatie van Luther en Calvijn had niet gebracht wat de mensen hoopten. Ook de protestantse kerken vroegen gehoorzaamheid, niet aan de clerus, maar nu aan de leer.

Daarom legden ze hun leerstellingen al snel vast in een dogmatisch systeem en veroorzaakten daarmee alleen maar meer strijd: nu tussen de protestanten en de katholieken. Het werd in het begin van de zeventiende eeuw voelbaar dat er een nieuwe, maar nu een échte hervorming nodig was. Hardop werd er in allerlei kringen gesproken over een nieuwe omwenteling die noodzakelijk en aanstaande was. Ook waren er mensen die zeiden: het is zo voelbaar dat we nu de weeën doorleven die aan een nieuwe omwenteling voorafgaan.

De verschijning van drie bijzondere boeken

In die zo gespannen sfeer verscheen er in de Duitse landen in 1614 een geschrift dat gedrukt was in Kassel en dat de Latijnse titel Fama Fraternitatis droeg, ofwel: De Roep van de Broederschap (het woord roep betekent de goede naam of de faam van de broederschap). De schrijver werd niet vermeld: het was een anoniem geschrift. Kennelijk was het al een aantal jaren eerder geschreven - en wel in 1604 - en had het gecirculeerd in kleine kring. Maar nu werd dit geschrift dan in de openbaarheid gebracht. Zodra het verschenen was en de mensen het lazen, maakte het een diepe indruk, zodat al gauw iedereen over dit boek begon te praten. Het boek ging over een onbekende broederschap die kennelijk al jarenlang in het geheim had bestaan, maar met dit boek in de openbaarheid trad: de Broederschap van de Rozenkruisers. De grondlegger van deze broederschap was Christian Rosenkreutz en zijn inzichten waren het die in dit geschrift naar voren werden gebracht.

Het leek, of dit geschrift de inzichten bevatte die in deze tijd nodig waren en die de zo noodzakelijke hervorming zouden kunnen inluiden. Het maakte dan ook een diepe indruk en overal spraken de mensen over dit geschrift. Het jaar daarop - in 1615 - verscheen een tweede geschrift dat de naam Confessio Fraternitatis droeg, ofwel De Belijdenis van de Broederschap. En nog een jaar later, in 1616, verscheen een derde geschrift: De Alchemische Bruiloft dat de inwijding van Christian Rosenkreutz in 1459 beschrijft. Veel mensen voelden zich door deze geschriften diep geraakt: alsof ze antwoorden en inzichten kregen, waarop ze al zolang hadden gehoopt en waar ze al zolang naar hadden uitgekeken.

Een tweede Reformatie

Waar ging het over in die boeken? Over nieuwe inzichten die de mensen werden toevertrouwd. En dan met name een nieuwe visie op de mens. In het diepste innerlijk van de mens, zo werd gezegd, leeft een hogere kracht: de goddelijke geest. In de tijd van verlichting die nu zou aanbreken, zou de mens zich van deze goddelijke kern bewust worden. Daardoor zou hij zich van zijn eigenlijke, zijn diepste waardigheid bewust worden.

De ontdekking van zijn eigenlijke wezen zou de mens tot een nieuw denken brengen dat vrij van dogma’s zou zijn en ook niet aan de leer of aan dogma’s van de kerk ontleend zou worden, maar dat voort zou komen uit het diepste wezen van de mens, zijn goddelijke geest. De mens zou dus de stap maken van een luisteren naar autoriteiten buiten hem naar een innerlijk luisteren naar de goddelijke geest in hem. En wanneer de mens zou leren luisteren naar deze geest, zou hij heel anders gaan leven en zou hij nieuwe normen en nieuwe waarden op het spoor komen.

Voor ons klinken deze inzichten in zekere zin vertrouwd: het is alsof we de levenshouding beschreven zien, die het esoterische christendom in deze tijd aan mensen voorhoudt. Maar voor díe tijd hielden deze inzichten een revolutie in.

Begrijpelijk dat er een paar honderd reacties op deze drie geschriften kwamen: brochures, pamfletten en boeken: voor die tijd een ongekend hoog aantal. De stroom van reacties laat zien, hoezeer de mensen geraakt waren door de inzichten uit deze drie boeken, de inzichten van de Rozenkruisers dus. De verwachtingen waren al snel hoog gespannen: zal er nu dan eindelijk een tweede Reformatie aanbreken? En zal deze de mensen werkelijk een nieuwe tijd, een tijd van verlichting binnenleiden?

De Dertigjarige Oorlog

Helaas, drie jaar later, in 1618, brak in Duitsland de Dertigjarige Oorlog uit. Voor velen in Nederland is dat een onbekende oorlog. Begrijpelijk, omdat Nederland buiten die oorlog bleef. Maar in de herinnering van veel Duitsers staat deze oorlog nog steeds bekend als een gruwelijke oorlog, die in korte tijd overal dood en verderf zaaide. Meer dan zes miljoen mensen (van de twintig miljoen) stierven als gevolg van de oorlog en van de hongersnood: dat wil zeggen één op de drie inwoners van Duitsland. Het was een oorlog tussen de Katholieke landen in Duitsland en de Protestantse landen. Duitsland was in die tijd immers nog een bonte verzameling zelfstandige staten. De Katholieke landen werden daarbij gesteund door Spanje, de Protestantse landen door Zweden en Frankrijk. Midden-Europa werd in die jaren een oord van verschrikking.

Alle aandacht werd in die tijd (vanaf 1618) gericht op het overleven, zodat de aandacht voor dat nieuwe inzicht dat de mens een goddelijke geest in zich draagt al snel vervaagde en verdween. Ook de aandacht voor degene die deze inzichten had geschonken: Christian Rosenkreutz, verdween. Voor wie gevoel heeft voor de verborgen krachten die achter de uiterlijk zichtbare geschiedenis verborgen liggen, is het duidelijk: hier werkten donkere geestelijke krachten die niet wilden dat deze inzichten zouden doorbreken en de mensen naar een hoger niveau van geestelijk leven zouden verheffen. Waarschijnlijk is dit zelfs de belangrijkste geestelijke oorzaak van het uitbreken van deze ongekend gruwelijke oorlog.

Als je daarover nadenkt, komt er als vanzelf een vraag op. In deze tijd leven we immers opnieuw in een tijd, waarin de mensen het gevoel hebben: er moet iets veranderen, er is een drastische hervorming nodig (denk alleen maar aan onze economie). Bovendien komt in deze tijd opnieuw het inzicht in de geestelijke kern (of het hoger zelf of de innerlijke Christus) naar boven en begint steeds meer mensen te inspireren die zoeken naar nieuwe antwoorden op de grote levensvragen. Hoe zal het nu gaan?

Zullen de donkere machten opnieuw een manier vinden om dit doorbrekende inzicht teniet te doen?

Het testament van Christian Rosenkreutz

Een van de manieren om dat laatste tegen te gaan, is om met aandacht en verwondering stil te staan bij een van de grootsten der mensen: Christian Rosenkreutz. In 1604, dus tien jaar voordat de bovengenoemde geschriften in de openbaarheid verschenen, voerde een broeder herstelwerkzaamheden uit in het geheime gemeenschapshuis van de broeders van het Rozenkruis. Daarbij ontdekte hij achter een koperen plaat een geheime deur. Boven die deur stond geschreven: Na honderdtwintig jaar zal ik geopend worden1484. Het trof de broeder diep, want het was het jaar 1604, dus precies honderdtwintig jaar later! Na een nacht van meditatie en gebed openden hij en zijn medebroeders de volgende dag de deur. Daar vonden ze een trap naar beneden die in een kelderruimte uitkwam met zeven zijden en zeven hoeken. De kelder was verlicht door een lichtbron die dit geleerd had van de zon, zoals in de oude beschrijvingen wordt verteld: toen al beschikten Christian Rosenkreutz en zijn broeders over een hoog ontwikkelde technologie! In het midden van de kelder stond een altaar met een bronzen plaat, waarop stond: Jesus mihi omnia (Jezus is alles voor mij). Onder het altaar vonden ze het graf van Christian Rosenkreutz. Zijn lichaam was nog volledig intact en gaaf, alsof hij net gestorven was. In zijn hand hield hij een boekje, zijn testament. Het boekje was van perkament en met gouden letters beschreven. In dat boekje stond onder andere dat Christian Rosenkreutz meer dan honderd jaar oud was geworden (1378 – 1484). En, staat er, toen hij werd geroepen door de Geest, gaf hij vrijwillig zijn geest terug aan God. Hij stierf dus bewust, toen hij zelf daartoe besloot. Bovendien wordt in dit boekje verteld dat hij hier voor een periode van honderdtwintig jaar werd onttrokken aan de ogen van de wereld. De slotwoorden van dit boekje hebben in de eeuwen daarna een grote bekendheid gekregen: Ex Deo nascimur, in Jesu morimur, per Spiritum reviviscimus. Latijnse woorden die dit betekenen: Uit God zijn wij geboren, in Christus sterven wij, door de Heilige Geest herleven wij. Het zijn woorden die mij al jarenlang Symbool van de Rozenkruisers raken tot in het diepst van mijn ziel. Wie herkent niet uit eigen leven dat je soms kunt sterven aan de pijn van het leven? Maar dat er dan een geheimzinnige kracht is – de Geest – die ons volkomen onverwacht en ongedacht een nieuw uitzicht schenkt en een heel nieuwe levensweg schenkt? Vandaar dat het bekende symbool van de Rozenkruisers het kruis is, waar op het hart van het kruis een roos groeit.

Een nieuwe impuls van Christian Rosenkreutz

Van Christian Rosenkreutz kwam dus die impuls aan het begin van de zeventiende eeuw om tot vernieuwing te komen, een impuls die later in de drie bovengenoemde boeken werd neergelegd. Aan het verhaal over de vondst van zijn graf (in 1604 moest het graf worden geopend en mocht een klein deel van de geheimen naar buiten worden gebracht) en aan zijn testament kunnen we al aflezen, hoezeer die impuls werd voorbereid. Niet alleen door Christian Rosenkreutz zelf, maar ook door de engelen en de Meesters met wie hij in een directe verbinding stond. Eeuwenlang was er zelfs aan voorbereiding (op aarde en in de geestelijke wereld) aan vooraf gegaan om deze impuls daadwerkelijk de harten van de mensen binnen te laten stromen. Maar helaas wisten de donkere geestelijke krachten dit grootse plan tegen te gaan en te verhinderen door de Dertigjarige Oorlog te laten uitbreken…

Maar nu deze impuls in deze tijd opnieuw de harten van de mensen wil binnengaan en nu Christian Rosenkreutz zijn inzichten opnieuw aan de mensen wil meegeven, is de eerste vraag, hoe die inzichten er dan wel uitzien? Misschien mag ik me hier tot de drie meest wezenlijke punten beperken: Allereerst het inzicht hoe de mens vernieuwd kan worden. Dat gebeurt als de mens zich bewust wordt van de goddelijke geest in zichzelf. Het inzicht dus dat de mens niet alleen een ziel en een ego heeft, maar ook een geest of een goddelijke kern. Dankzij deze bewustwording kan de geest in ons tot leven komen en ontwaken. Bewustwording houdt immers in dat je iets wat slaapt, tot leven brengt. Het tweede inzicht is dit: dat alle religies een eenheid vormen en allemaal een aspect van de ene waarheid belichamen. Het gaat erom naar een hoger geestelijk standpunt op te klimmen, van waaruit men die eenheid kan ontwaren. (Terzijde: het esoterische christendom wil dit hogere standpunt voelbaar en zichtbaar maken, zodat ieder mens in deze tijd daarheen kan opklimmen.)

En als derde: Het gaan van de weg van geestelijke groei. Daarbij gaat het om bewustwording: wie ben ik, wat zoek ik, wat drijft mij? Ofwel: het gaat om wat genoemd wordt de ontwikkeling van ons bewustzijn of onze bewustzijnsziel. Maar ook om een levenshouding, waarbij een mens geen goeroes of autoriteiten van buitenaf nodig heeft, maar durft te koersen op het eigen innerlijk en op wat de geest ons innerlijk te verstaan geeft. Vanuit zo’n levenshouding zullen heel nieuwe normen voortkomen, waarbij het er bijvoorbeeld niet langer om gaat om te graaien en te hebben, maar om te delen en om ieder de kans te geven zich geestelijk te ontwikkelen.

De vraag luidt nu, of wij Christian Rosenkreutz willen helpen, zodat zijn impuls nu wel verwezenlijkt kan worden. Ben je daartoe bereid? De toekomst van de mens is immers in het geding: alleen langs deze weg kan de verdere ontwikkeling van de mens gestalte krijgen.

Christian Rosenkreutz als de teruggekeerde Johannes

Christian Rosenkreutz is een van de grote Meesters die regelmatig naar de aarde komen om ons te helpen: zonder hun impulsen zou het ons niet lukken de juiste geestelijke weg te vinden. Je zou hem de grondlegger van het hedendaagse, moderne esoterische christendom mogen noemen. Zonder zijn inzichten en zijn uitleg zou het esoterische christendom een stille dood gestorven zijn. Hij heeft de beslissende impuls gegeven, waardoor het in onze tijd (vooral dankzij het zo belangrijke werk van Rudolf Steiner) weer tot leven kan komen. Als we dan ook nog weten dat in Christian Rosenkreutz de grote ingewijde Johannes (de evangelist en de apocalypticus) is teruggekeerd, dan begint zijn grootheid nog meer op te lichten. Van hem wordt dit verteld: dat hij zijn leerlingen op een bijzondere manier roept. Kijk maar terug in je leven of het je misschien gebeurde dat je op het nippertje gered werd: van een dreigend auto-ongeluk, van een verdrinking, van een ongeneeslijke ziekte of wat dan ook. Het is Christian Rosenkreutz die de zijnen in dergelijke situaties redt en hen daarmee duidelijk maakt: je behoort tot de mijnen, je bent mijn leerling. Kijk maar, of jij ook zo’n ervaring opdeed en of dit de ervaring was, waarmee Christian Rosenkreutz ook jou riep! Allen die zich zijn leerling weten, voor hen geldt: ze moeten nu aan het werk, want nu moet het lukken om de impuls van Christian Rosenkreutz wel tot in de harten van de mensen te dragen en daar te laten ontkiemen.


Dit artikel is overgenomen uit Verwachting nr. 65 2012. Een uitgave van de stichting De Heraut. Zie ook www.stichtingdeheraut.nl

© Esoterisch Christendom 2024