menu

Het wonder van terminale helderheid

Hans Stolp 

Ontwaken uit coma

Een vijfjarige jongen lag al drie weken in coma als gevolg van een hersentumor. Voortdurend waren er familieleden in zijn kamer om hem zoveel mogelijk bij te staan. En ook al was hij in coma, toch spraken ze voortdurend met hem. Uiteindelijk, toen de familie zich realiseerde dat genezing niet meer mogelijk was, zeiden ze tegen hem dat hij naar het land van licht mocht gaan, ook al zouden ze hem vreselijk missen. Toen gebeurde het, op de dag dat hij stierf, dat hij plotseling wakker werd en zijn ogen opende. Toen hij zijn familieleden om zijn bed heen zag staan, bedankte hij hen uitgebreid dat ze bereid waren om hem te laten gaan en vertelde hun dat hij spoedig zou sterven. Toen gleed hij weer weg in coma en stierf nog dezelfde dag.

De laatste tijd komen steeds meer van dit soort ervaringen in de openbaarheid: van mensen die zwaar dement zijn, in coma liggen of (bijvoorbeeld door een verkeersongeluk) aan een zware hersenbeschadiging lijden, en die plotseling ontwaken en gesprekken voeren met hun dierbaren. De meeste van deze gebeurtenissen waren volgens de artsen in feite onmogelijk: hun hersens waren te zwaar beschadigd waardoor het volgens de meeste wetenschappers niet mogelijk is dat zij in alle rust en helderheid zouden kunnen spreken met hun geliefden. En toch gebeurde dat - naar nu blijkt uit de vele verhalen die langzamerhand bekend worden - heel wat vaker dan wij tot nu toe wisten.

Geestelijke helderheid

Zo’n moment waarop een ernstig zieke tot bewustzijn komt en begint te praten met de familieleden die in de kamer zijn, worden momenten van terminale helderheid genoemd. In het Duits worden ze Terminale Geistesklarheit genoemd: momenten van geestelijke helderheid. Ze worden terminaal genoemd, omdat verreweg de meeste mensen die dit overkomt, kort na dit moment van helderheid sterven. Hun terminale helderheid is in feite een onmogelijke helderheid, omdat het in de meeste gevallen gaat om mensen met een ernstige hersenbeschadiging – en toch komt deze helderheid, ofwel dit ontwaken, veel vaker voor dan wij tot nu toe wisten!

De Duitse onderzoeker Michael Nahm heeft meer dan zeventig voorbeelden verzameld uit de medische verslagen van de voorbije tijden.1 Daarbij ging het bijvoorbeeld om mensen die leden aan een hersentumor of om mensen die een beroerte hadden gehad of om mensen die door een hersenvliesontsteking gehandicapt waren geraakt of om mensen die zwaar dement waren en niet meer in staat om met andere mensen te communiceren. Het waren dus allemaal mensen wier hersens (zwaar) beschadigd waren, net zoals dat bij dementie het geval is. Bij de verslagen over deze gebeurtenissen werd verschillende malen verwonderd opgemerkt, dat cognitieve vermogens (samenhangend denken) en het vermogen om je dingen te herinneren, kennelijk mogelijk zijn buiten de normale hersens om. Ofwel, om met Pim van Lommel te spreken, er bestaat kennelijk een bewustzijn buiten de fysieke hersens om.

Een verpleegkundige die een fase van terminale helderheid bij een familielid had meegemaakt, vertelde:

Sindsdien ben ik me bij een patiënt die in coma ligt of bij iemand die zwaar dement is en niet meer bereikbaar lijkt, altijd bewust dat hij mij horen kan en blijf ik met hem of haar praten, vanuit een diep besef dat communicatie mogelijk blijft, ook als de hersens beschadigd zijn geraakt en wij niet begrijpen kunnen hoe de zieke ons hoort.

Drie voorbeelden van terminale helderheid bij dementie

Een aantal voorbeelden over terminale helderheid gaan over mensen die zwaar dement waren en niet meer in staat waren om met anderen te communiceren. Laat ik er drie mogen noemen:

  • Een oudere dame leed al vijftien jaar aan de ziekte van Alzheimer. Ze werd liefdevol verzorgd door haar dochter. De laatste jaren voor haar dood reageerde ze nergens meer op en liet ze niet merken of ze haar dochter nog wel herkende. Maar een paar minuten voor haar dood ontwaakte ze plotseling uit die schemerachtige onbereikbaarheid en begon ze een uitgebreid gesprek met haar dochter
  • Een andere dame, eveneens op leeftijd en al jarenlang zwaar dement, had al een paar jaar niet meer gesproken met haar familie of op hen gereageerd. Maar op een dag kwam ze plotseling tot bewustzijn, begon met haar kleindochter te praten die in de kamer was, vroeg haar hoe het met verschillende familieleden was gesteld en gaf haar kleindochter advies. Daarna gleed ze weer terug in haar dementie en korte tijd later stierf ze.
  • In Nederland was het Margarete van den Brink die in haar boek: Opengaande vergezichten een ontroerend voorbeeld van terminale helderheid gaf:2
    Een dementerende oudere dame, wier enige zoon en man overleden waren en die in een verzorgingshuis woonde, werd eenmaal in de vijf á zes weken bezocht door haar nicht. De nicht nam haar tante dan mee voor een ritje met de auto en dronk na afloop van de rit een kopje koffie met haar tante in een café. De nicht haalde dan herinneringen uit het verleden op en vertelde haar tante daarover, maar tante reageerde niet en keek haar alleen maar met een glazige blik aan. Zo ging dat tien jaar lang zo door, zonder dat tante ooit een woord sprak. Tot die ene keer. Weer zaten tante en nicht aan de koffie in het café. Maar plotseling trad tante uit haar dementie en zei: “Als je me weer terug hebt gebracht naar het tehuis, dan ben ik weer helemaal opgeladen en kan ik er weer wéken tegen! En ik weet ook dat je altijd voor mij hebt gebeden. Maar wat je niet weet, is dat ik ook altijd voor jou heb gebeden!”

De nicht was volkomen perplex. Ze vertelde: “Het gesprek met mijn tante duurde waarschijnlijk niet langer dan vijf minuten; toen was het over en sloeg de dementie weer toe. Het was met recht een bijzondere dag, want het was de laatste keer dat ik mijn tante zag. Drie dagen later is ze plotseling overleden.

De conclusies van Nahm

Michael Nahm concludeerde uit al deze voorvallen dat het heersende wetenschappelijke beeld van de relatie tussen hersenen en geest grondig herzien moet worden. De geest lijkt immers geen product van het brein, zoals de meeste wetenschappers denken, maar functioneert kennelijk ook los van het brein. Onderzoeken als deze zullen, net als de studie van Pim van Lommel in Nederland naar bijna-doodervaringen, de wetenschap dwingen tot een fundamentele herziening van haar uitgangspunten.3

Want we moeten nu uit de genoemde voorbeelden wel constateren dat er een denken zonder hersens mogelijk is. Om te laten zien, hoe ingrijpend deze conclusie is, gebruikt Nahm dit beeld: Denken zonder hersens is als vliegen zonder vliegbrevet! Het lijkt immers onmogelijk om te denken zonder hersens en toch gebeurt het!

Het blijft fascinerend voor ons – die bijna allemaal met een uiterst materialistisch wereldbeeld zijn opgegroeid - om te constateren dat geheugen, spraak en denkvermogen terug kunnen komen bij mensen die een zware hersenbeschadiging hebben en daarom fysiek gezien niet tot denken, praten of herinnering in staat zijn.

Dementerenden krijgen alles mee

Voor onze omgang met dementerenden zijn de inzichten en de voorbeelden die Nahm noemt zeer belangrijk. We zagen hierboven immers dat zwaar demente mensen bij hun terminale helderheid alles hebben meegekregen wat er in de voorbije jaren rond hun bed en met hun geliefden was gebeurd. Dat betekent dus dat er van ons een grote zorgvuldigheid gevraagd wordt in onze omgang met zwaar demente mensen, die uiterlijk gezien niets meer lijken op te nemen van wat er om hen heen gebeurt. Maar nu blijkt dat zij, ook al kunnen zij hun hersens niet gebruiken, toch op een andere, geestelijke manier met ons kunnen meeleven en kunnen ervaren wat er met hun geliefden gebeurt. Dat is werkelijk een ingrijpende conclusie!

Genezingen vlak voor de dood

Maar er is nog iets dat Michael Nahm ontdekte. Namelijk dat er vlak voor het sterven ook sprake kan zijn van genezingen. Een voorbeeld daarvan is deze gebeurtenis:

Een oudere dame leed aan de ziekte van Alzheimer. De laatste twee jaar van haar leven reageerde zij nergens meer op en lag alleen maar eindeloos naar het plafond te staren.

Ten slotte kreeg ze een hartinfarct en was klinisch dood. Ze werd direct gereanimeerd. Na haar reanimatie was ze gedurende meerdere uren volkomen helder. Ze bedankte haar kinderen, omdat deze haar regelmatig hadden bezocht, hoewel zij nooit haar dankbaarheid daarvoor had kunnen uitspreken. Ze verheugde zich er ook op om de artsen en verpleegkundigen te kunnen bedanken. In alles wat ze zei liet zij merken dat ze veel van wat er de laatste twee jaar gebeurd was, had meegekregen, en misschien had ze alles wel meegekregen. De daarop volgende nacht maakte een tweede hartinfarct een einde aan haar leven.

In dit voorbeeld krijgt deze oude dame niet alleen haar herinneringsvermogen, haar taal en denkvermogens terug, ze kon ook bewegen en had haar motoriek teruggekregen – en dat voor een vrouw die ruim twee jaar onbeweeglijk op bed gelegen had! Dat is werkelijk een vorm van een bijzondere, voor ons denken ‘onmogelijke’ genezing. Alweer een bijzonder teken dat ons de kracht van de geest laat zien!

Gevraagd waarom de terminale helderheid bijna altijd plaatsvindt in de laatste week, in de helft van de gevallen zelfs op de laatste levensdag, antwoordt Nahm: Hoe meer de mens de dood nadert, hoe losser de band tussen de geest en het fysieke lichaam wordt. De geest heeft daarom op dat moment minder last dan ooit van de remmende werking van het fysieke lichaam. In zulke situaties kan de geest zich ondanks een zwaar beschadigd lichaam (of: zwaar beschadigde hersens) kenbaar maken.

De journaliste Corinna Schindler stelde hem de volgende vraag: Veel mensen denken dat terminale helderheid de laatste opleving van de ziel inhoudt. U meent daarentegen dat het hierbij juist gaat om het eerste oplichten van de geest op haar weg naar haar geestelijke thuis. Op die vraag reageerde Nahm met de opmerking:

Er zijn heel wat aanwijzingen dat een mens meer is dan wat wij gewoonlijk waarnemen en ’s morgens in de spiegel zien. Ieder mens schijnt in een geestelijke werkelijkheid te wortelen en bezit een verborgen bestaan, waarbij ons waakbewustzijn slechts de spits van de ijsberg is. Deze diepere, verborgen bestaanswerkelijkheid houd ik voor onze levensbron en ons eigenlijke thuis. Volgens alle informatie die wij dankzij bijna-doodervaringen gekregen hebben, keren wij bij onze dood weer terug naar die werkelijkheid.

Het is fascinerend om te zien, hoe steeds meer wetenschappers zich op grond van hun onderzoek bewust worden van de werkelijkheid van de geestelijke wereld en hoe zij in staat raken deze werkelijkheid steeds duidelijker te bewijzen. Dat is een uiterst hoopvolle ontwikkeling en het maakt mij nieuwsgierig naar komende ontwikkelingen.


1 Michael Nahm, Wenn die Dunkelheit ein Ende findet, Terminale Geistesklarheit und andere ungewohnliche Phänomene in Todesnähe, Crotona Verlag, 2012 terug

2 Margarete van den Brink, Opengaande vergezichten, als oudere mensen sterven gaan, Uitg. Ankh-Hermes, 2007, blz. 68, 69 terug

3 Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn, een wetenschappelijke visie op de bijna-doodervaring, Uitg. Ten Have, 2007 terug

Dit artikel is overgenomen uit Verwachting 74 2015. Een uitgave van stichtingdeheraut

© Esoterisch Christendom 2024